
89
Hoofdstuk 5: Werken met patronen
5
Parts editen
Hier hebben we het alleen over de “andere” Parts. Zie de
hoofdstukken 1~3 voor meer details over de Drum Kit-Part.
Part selecteren
1. Druk op [PATTERN] en vervolgens op [F2 ( PART)].
[PATTERN] licht op en het display beeldt een popup-
menu af.
2. Breng de cursor met [INC/+], de VALUE-schijf of CUR-
SOR [
▼
] naar “SETUP”.
3. Bevestig uw keuze door op [F2] te drukken.
4. Druk op [F1 (PAGE 1)]. Het display beeldt nu “PAGE 1”
af.
5. Breng de cursor met CURSOR [
▲
] naar “PART”.
6. Kies met [INC/+] of [DEC/–] c.q. de VALUE-schijf de
Part (partij) die u wilt editen.
7. Druk op [PATTERN] om weer naar de Pattern-pagina te
gaan.
PART:
PERC: de percussie-partij
PART1, PART2, PART3, PART4: Part 1~4
Instrument (klank) kiezen
OPGELET
Als u een patroon vergrendeld hebt (blz. 104), kunt u
met de volgende procedure geen instrumenten kiezen.
Die beveiliging moet u dus eerst uitschakelen.
1. Kies de Part waarvoor u een ander instrument wilt
oproepen (zie “Part selecteren”).
2. Breng de cursor met CURSOR [
▲
] of [
▼
] naar het instru-
mentnummer.
3. Kies met [INC/+] of [DEC/–] c.q. de VALUE-schijf het
benodigde nummer. Hierdoor selecteert u een hoofd-
klank. Soms bestaan er ook een aantal alternatieven
(“Variations”) voor een instrument. Die kunt u als volgt
selecteren:
4. Breng de cursor met CURSOR [
▼
] naar de instrument-
naam.
5. Kies met [INC/+] of [DEC/–] c.q. de VALUE-schijf een
instrument. Dit is de klank die u achteraf hoort. Met het
instrumentnummer hebt u namelijk enkel de “hoofd-
klank” gekozen, terwijl u via de naam eventueel een
alternatief kunt kiezen. Eén en ander houdt verband met
de MIDI-adressen van de klanken.
Druk tijdens de keuze op [PREVIEW] om meteen te uit
te maken of u wel de juiste klank gekozen hebt.
6. Druk op [PATTERN] om weer naar de Pattern-pagina te
gaan.
• Onder “Overzicht van de melodische klanken” op
blz. 160 vindt u een overzicht van de beschikbare klan-
ken.
• Zie “Instellingen voor de Percussion Set” op blz. 90 voor
meer details over de percussiepartij.
Instrumentnummer
Instrumentnaam
Instrumentnummer
De benaming is wat ongelukkig gekozen omdat u zo
waarschijnlijk het noorden kwijtraakt: met “Instru-
mentnummer” worden de hoofdklanken bedoeld
die via programmakeuze-commando’s (1~128) kun-
nen worden geselecteerd. Voor sommige hoofdklan-
ken bestaan er nog een reeks alternatieven die u via
de naam kunt kiezen:
Instrumentnaam
U kunt de instrumenten ook op naam selecteren,
wat beslist duidelijker is dan met de programma-
nummers te werken. Na verloop van tijd zal u tot de
conclusie komen dat het instrumentnummer niet bij
elke nieuwe naam verandert. Dat betekent dan dat u
een alternatief voor een bepaald instrumentnummer
hebt gekozen. Die alternatieven noemen we “Varia-
tions”. Daar hoeft u zich enkel iets van aan te trek-
ken als u de TD-8 als MIDI-module gebruikt.
Variations
Hiermee worden klankalternatieven voor de instru-
mentnummers bedoeld. Dat kunnen bv. andere elek-
tronische piano’s zijn dan de “standaardklank” die u
via het instrumentnummer kunt selecteren. Soms
betekent “Variation” echter ook gewoon dat een
alternatief op de één of andere manier verband
houdt met de hoofdklank (bv. omdat het eveneens
om een blaasinstrument gaat). Als u de klanken via
de instrumentnaam selecteert, ziet u niet of het om
een Variation of een hoofdklank gaat – en in de
meeste gevallen is dat ook niet nodig.
Kommentare zu diesen Handbüchern