
18
Beschrijving van de panelen
[EFFECTS]
Hiermee zet u de insert-effecten aan en uit (p. 35, p. 84) of
roept u het scherm voor het bewerken van instellingen op.
Stel met deze knop de parameters van de Mastering Tool Kit in.
REC/PLAY-gedeelte
AUTO PUNCH
Hiermee stelt u de automatische punch-in/out-functie in.
[ON/OFF]
Hiermee zet u de auto punch-in/out-functie aan of uit. Als
de functie aan staat, licht de indicator op.
[IN]
Hiermee bepaalt u de auto punch-in-positie. Druk op deze
toets om de punch-in-positie in te stellen. Wanneer de positie
ingesteld is, licht de toetsindicator op. Nadat u de punch-in-
positie hebt ingesteld, kunt u steeds naar de ingestelde
punch-in-positie springen door op deze toets te drukken.
* Druk op deze toets terwijl u [ON/OFF] ingedrukt houdt om
de ingestelde punch-in-positie te wissen.
[OUT]
Hiermee bepaalt u de auto punch-out-positie. Druk op deze
toets om de huidige tijdspositie op het spoor in te stellen als
punch-out-positie. Wanneer dit ingesteld is, licht de
toetsindicator op. Nadat u de punch-out-positie hebt
ingesteld, kunt u automatisch naar de punch-out-positie
springen door op deze toets te drukken.
* Druk op deze toets terwijl u [ON/OFF] ingedrukt houdt om
de ingestelde punch-out-positie te wissen.
[LOCATOR]
Hiermee slaat u elke willekeurige positie op. Als u daarna op
deze toets drukt, gaat u automatisch naar die positie.
De indicator van deze toets brandt wanneer u een positie
hebt ingesteld. Telkens als u nu op deze knop drukt, springt
u naar de ingestelde positie.
* Druk op deze toets terwijl u AUTO PUNCH [ON/OFF]
ingedrukt houdt om de ingestelde positie te wissen.
[ZERO]
Hiermee springt u naar de tijdspositie 00:00:000.0.
[REW]
De song spoelt terug wanneer u deze toets ingedrukt houdt.
[FF]
De song spoelt verder wanneer u deze toets ingedrukt houdt.
[REPEAT]
Hiermee kunt een bepaalde passage afbakenen om
herhaaldelijk te beluisteren (p. 51).
Deze functie is handig wanneer u de opname tussen de
punch-in- en punch-out-posities (p. 53) herhaaldelijk wilt
beluisteren tot u tevreden bent, of wanneer u de phrase
trainer (p. 192) gebruikt om bijv. een moeilijke frase van een
cd na te spelen.
[STOP]
Hiermee stopt u de opname of de weergave van een song.
[PLAY]
Hiermee start u de weergave van een song. Als u op [REC]
drukt zodat de REC-indicator knippert, dan start de opname
zodra u op [PLAY] drukt. Tijdens het opnemen of het
weergeven gaat de indicator van deze toets groen branden.
[REC] (recording)
Dit is de opnametoets. Naast de opnamefunctie dient deze
toets ook voor manual punch-in/out. In recording standby
knippert de indicator van deze toets rood; tijdens de opname
brandt de indicator rood.
Track/Fader-gedeelte
TRACK MIXER-faders 1–6, 7/8
Hiermee regelt u het weergavevolume van ieder spoor.
* We noemen de TRACK MIXER-faders verder "TRACK-faders".
RHYTHM-fader
Hiermee regelt u het volume van het Rhythm-spoor.
MASTER-fader
Hiermee regelt u het algemene volume van de BR-900CD.
[V-TRACK]
Hiermee roept u het scherm op waarin u de gewenste
V-Track kunt selecteren.
“Wat zijn V-Tracks?” (p. 14)
“Een andere V-Track kiezen” (p. 49)
REC TRACK (recording track)-toetsen 1–6, 7/8
Hiermee kiest u welk spoor u wilt opnemen. De toets van het
geselecteerde spoor knippert eerst rood en blijft vervolgens
rood branden wanneer de opname begint. Wanneer de
opname klaar is, knippert de toets van het geselecteerde
spoor afwisselend oranje en groen.
2
3
Kommentare zu diesen Handbüchern